Het is altijd mogelijk om voorlichting te geven, ongeacht hoe het contact plaats vindt: tijdens een fysiek consult in de spreekkamer, een telefoontje, e-consult, visite of bij de balie. 

De praktijkmedewerker zoekt vanuit het HIS naar passende voorlichting. Hij zoekt bijvoorbeeld naar een relevante pagina op een website zoals Thuisarts. Of hij zoekt naar niet-medicamenteuze adviezen met behulp van een consult-ondersteunende applicatie zoals een formularium. 

Op basis van de gevonden materialen geeft de praktijkmedewerker voorlichting aan de patiënt. Doordat hij in het medisch dossier bijhoudt welke voorlichting hij heeft gegeven, ontstaat een overzicht van alle gegeven voorlichting. Zo is het mogelijk dat hij, of een collega, hier in een latere fase nog eens op terug komt. 

De praktijkmedewerker kan voorlichtingsmateriaal uitprinten voor de patiënt. De praktijkmedewerker kan de voorlichting (bijvoorbeeld aanbevelingen voor de patiënt gebaseerd op de niet-medicamenteuze adviezen uit een formularium), of een verwijzing naar voorlichting (bijvoorbeeld een link naar een relevante webpagina), ook elektronisch verzenden naar de patiënt. Dit is mogelijk in het kader van een e-consult, maar ook als aanvulling bij andere patiëntcontacten.

Als de praktijkmedewerker voorlichting geeft, registreert hij informatie over de gegeven voorlichting in het medisch gegeven Voorlichting, ongeacht de manier waarop de voorlichting is gegeven. Als hij voorlichting of een verwijzing naar voorlichtingsmateriaal elektronisch verstrekt, valt dit onder Communicatie met de patiënt.