Medisch gegeven Immuunstatus-gegeven
Publieksversie
Als er informatie bekend is over de immuunstatus van een patiënt, legt de zorgverlener hier een immuunstatus-gegeven over vast.
Per infectieziekte kan een immuunstatus-gegeven worden ingevoerd. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van NHG-Tabel Infectieziekten waartegen gevaccineerd kan worden (tabel 66).
Naast informatie over de betreffende infectieziekte kan de zorgverlener in het immuunstatus-gegeven vastleggen of de ziekte is doorgemaakt. Hij kan aangeven of vaccinatie heeft plaats gevonden, of de vaccinatieserie compleet is, wat de toedieningsweg van de vaccinatie is geweest (bijvoorbeeld oraal) en wat de datum van de laatste vaccinatie is geweest. Ook informatie over de titer en de datum van een titerbepaling kunnen worden geregistreerd. De zorgverlener kan aangeven wat de verwachte einddatum van de bescherming is en indien gewenst nog een toelichting in vrije tekst toevoegen, zoals informatie over een subtype (meningokokken C of juist meningokokken ACWY).
Immuunstatus-gegeven
Waargave van de immuunstatus van een patiënt voor een specifieke infectieziekte.
De inschatting vindt plaats op basis van informatie over eerdere vaccinaties of doorgemaakte ziektes.
Begrippen
-
De verdunning waarbij een bepaalde stof in het bloed nog aantoonbaar is. De term wordt gebruikt voor antistoffen die worden gemeten met een agglutinatiereactie.
Ingeschatte weerstand tegen een bepaalde infectieziekte, waarvoor een vaccinatie beschikbaar is.
Zie ook: Dossierdeel Immuunstatus , Thema VaccinatiesHet opwekken van natuurlijke immuniteit tegen ziekteverwekkers door middel van het toedienen van een geneesmiddel aan een patiënt
Een toegediende vaccinatie wordt vastgelegd als een toediening in het dossierdeel medicatie.
Zie ook: Medisch gegeven Toediening , Thema Vaccinaties