Aandoening en omstandigheid, die van belang zijn bij medicatie-bewaking, gecodeerd volgens de G-Standaard.
publieksversie 2020
In dit dossierdeel worden contra-indicaties en medicatie-overgevoeligheden beheerd.
De gegevens die in dit dossierdeel worden beheerd spelen een rol bij de medicatie-bewaking. Het gaat niet om niet indicaties die een contra-indicatie zijn voor een niet-medicamenteuze behandeling. De gegevens worden vaak via andere dossierdelen ingevuld (bijvoorbeeld bij het wijzigen van medicatie, het vastleggen van een ICPC bij een episode of bij het vastleggen van een behandeling).
Beheerde Medische Gegevens:
Contra-indicatie
Een contra-indicatie wordt gecodeerd vastgelegd. Wanneer bij het voorschrijven een geneesmiddel wordt gekozen, wat een patiënt met deze contra-indicatie beter niet kan krijgen, zal de medicatiebewaking dit signaleren. De contra-indicaties worden getoond bij het overzicht van actuele medicatieafspraken en zijn belangrijke gegevens in de medicatie-overdracht.
De huisarts legt een contra-indicatie vast, wanneer de patiënt een bepaalde indicatie of kenmerk heeft, waar in de medicatiebewaking mogelijk rekening gehouden moet worden. Het gaat hierbij om de kenmerken uit de Nationale Contra-indicatielijst, die gecodeerd in de G-Standaard is opgenomen. De huisarts kan bij het vastleggen van een contra-indicatie een keuze maken alle kenmerken uit de lijst. Op deze wijze kan de huisarts ook een farmacogenetisch kenmerk vastleggen, waar in de medicatiebewaking rekening gehouden kan worden.
De huisarts wordt ondersteund bij het registreren van contra-indicaties wanneer hij een diagnose met ICPC of een bepaalde behandeling vastlegt. Indien er bij de ICPC, die de huisarts vastlegt, een contra-indicatie hoort (volgens de NHG-tabel 27 ICPC en contra-indicatie aarden), wordt de huisarts gevraagd of hij ook de bijbehorende contra-indicatie wil vastleggen.
Dit geldt ook wanneer een huisarts een behandeling invoert, waar volgens de NHG-Tabel 64 Behandelingen en contra-indicatie aarden een contra-indicatie hoort (bijvoorbeeld een maagresectie die leidt tot de contra-indicatie Bariatrische chirurgie).
Indien de huisarts inderdaad de contra-indicatie wil vastleggen, dan wordt deze vastgelegd met de code van de contra-indicatieaard uit de G-Standaard. De lijst met Contra-indicatie-aarden uit de G-Standaard bevat verschillende soorten contra-indicaties. Wanneer de huisarts een contra-indicatie wil vastleggen zonder voorzet vanuit een ICPC of behandeling, dan kan hij filteren op de soort contra-indicatie.
De huisarts kan een contra-indicatie ook afsluiten indien deze niet meer van toepassing is (bv de contra-indicatie zwangerschap wordt beëindigt na de bevalling). Vanaf dat moment houdt de medicatiebewaking geen rekening meer met deze contra-indicatie.
Medicatie-overgevoeligheid
Een medicatie-overgevoeligheid beschrijft een overgevoeligheid van een patiënt voor een geneesmiddel, een stof of een geneesmiddelengroep, waarmee rekening gehouden moet worden bij het voorschrijven van medicatie.
Een medicatie-overgevoeligheid wordt gecodeerd vastgelegd, zodat de medicatiebewaking hier rekening mee kan houden, wanneer de huisarts dit geneesmiddel een volgende keer voorschrijft.
Indien de huisarts bepaalt dat het betreffende geneesmiddel, de betreffende stof of de betreffende groep geneesmiddelen, waarvoor de patiënt overgevoelig is, absoluut niet meer voorgeschreven mag worden, legt hij een ‘blokkade’ vast bij de medicatie-overgevoeligheid. Door de blokkade kan het middel niet meer worden voorgeschreven totdat de huisarts de blokkade expliciet opheft.
Om de waarde van de vastgelegde overgevoeligheid goed te kunnen inschatten kan de huisarts ook vastleggen wat de bron is van de overgevoeligheid (bijvoorbeeld: de patiënt meldt dat de allergoloog een overgevoeligheid bij hem heeft vastgesteld). Ook kan hij de overgevoeligheidsreactie omschrijven (zoals urticaria of een bijwerking zoals ernstige hoofdpijn) en de ernst van de reactie vastleggen (volgens NHG-tabel 55 ernst overgevoeligheidsreactie).
De overgevoeligheid kan worden vastgelegd vanuit het dossierdeel contra-indicaties of het dossierdeel medicatie. Wanneer de huisarts vanuit het dossierdeel medicatie de medicatie staakt of wijzigt en daarbij bij de reden 'intolerantie' kiest, wordt hem gevraagd of hij het geneesmiddel wil vastleggen als medicatie-overgevoeligheid.
printvriendelijkUse ctrl + p to print the page